Voor zowel nieuwbouw als particulieren is het steeds vaker een aantrekkelijke optie om de voorziening van warmte (maar ook koeling!) te dekken met een gesloten bodemenergiesysteem (GBES). Deze vorm van bodemenergie vormt een belangrijke schakel in het loskoppelen van warmtevraag en gasverbruik. De hoofdcomponent van een GBES zijn de warmtewisselaars die thermische energie uitwisselen met de bodem door middel van geleiding. Een warmtepomp zet deze thermische energie vervolgens om in ruimteverwarming. 

Boringen 

Als adviseur op het gebied van ondergrondse energie bezocht T&A Survey een project van samenwerkingspartner en bronboorder Geo4NRG in Schagen. Geo4NRG boorde daar de gaten voor in totaal 61 verticale bodemwarmtewisselaars voor zes woongebouwen. Na het op diepte komen van de boringen, normaalgesproken op zo’n 100 tot 200 m diepte, worden  de bodemwarmtewisselaars in het boorgat aangebracht. In dit geval zijn de boringen doorgezet tot een maximale diepte van 235 m diepte. Om de thermische beïnvloeding te minimaliseren, mogen de boringen niet te dicht bij elkaar liggen. 

Warmtewisselaars 

De bodemwarmtewisselaars zijn leidingen die opgerold worden geleverd op de bouwplaats. Door middel van een valgewicht worden ze afgerold en in het boorgat afgezakt. Na het plaatsen van de warmtewisselaar wordt het boorgat afgedicht met zogenoemd grout. Dit is een warmtegeleidend mengsel van bentoniet en cement dat zorgt voor de stabiliteit van de warmtewisselaar in het boorgat en goede geleiding met de bodem. Het grout voorkomt ook hydraulisch contact (“lekkage”) tussen de verschillende doorboorde watervoerende pakketten, zodat er geen verzilting kan optreden. Dit is een kritisch onderdeel van het aanleggen van een GBES.     

Gesloten systeem 

Aan het einde van het boor- en installatieproces worden de leidingen “afgeperst” om er zeker van te zijn dat er geen lekkages zijn. Na oplevering zijn alleen nog twee leidingen zichtbaar die uit het boorgat komen. Deze leidingen zijn onder in het boorgat verbonden met een U-lussen worden aangesloten op het gebouwsysteem. Zo vormt GBES en gesloten systeem en is er geen contact tussen de vloeistof in de leidingen en het grondwater.

<